Dit kan een aanwijsbare oorzaak hebben zoals bijvoorbeeld echtscheiding van de ouders, overlijden van een familielid of vriend(in), slachtoffer zijn van pestgedrag of een andere nare gebeurtenis of ziekte van zichzelf of een familielid.
Er zijn ook situaties waarin je je als ouder(s) of leerkracht zorgen maakt omdat het helemaal niet lekker gaat en je eigenlijk geen idee hebt wat de oorzaak is.
Wanneer een kind of de jongere zich niet prettig voelt, merk je dit vaak aan veranderend gedrag.
Gedrag als reactie op een vervelende situatie of problemen noemen we ook wel signaal- of afweergedrag of afweer strategie.
Het kind of de jongere gebruikt dit om zich staande te houden, om de situatie de baas te blijven en nare gevoelens weg te duwen en te vermijden.
Het kind of jongere kan zich stil terugtrekken en bijna onzichtbaar zijn of juist het tegenovergestelde, namelijk erg druk en aanwezig zijn.
Ook kan hij of zij last hebben van wisselende stemmingen en snel geïrriteerd of boos alles en iedereen wegduwen of juist heel verdrietig en afhankelijk zijn.
De sociaal- emotionele problemen waar het kind of de jongere last van heeft en het gedrag dat als reactie hierop wordt vertoont, zijn ook van invloed op de omgeving, het systeem van het gezin of de klas.